Op de laatste dag in Marseille hoef ik niet heel vroeg op maar ben uitgerekend dan nog voor vijf uur ’s ochtends al klaar wakker. Rond half vijf ’s middags moet ik richting luchthaven, dus ik heb alle tijd! Met alle ‘wegwerpkleren’ die ik achterlaat en de afgemeten verzorgingsproducten is de koffer half leeg en dus zo ingepakt. Ik doe me te goed aan het ontbijt, wat voor Franse normen best uitgebreid is.
Mijn eerste halte van de dag is Vallon des Auffes, een piepklein, overvol haventje in vrolijke kleuren aan de kust halverwege Pointe Rouge, waar ik eerder was. De bushaltes liggen zo dicht op elkaar dat ik de halte mis en een halte (100 meter) verder op uitstap. Mijn hoofd waait bijna van mijn romp, gauw de jas aan en zelfs de capuchon op want de wind giert langs (en in) je oren.
Ik zie een steile trap naar een wijkje hoog boven de haven dus ik klim naar boven. Alweer een woonwijk, met doodlopende straatjes, de verplichte kerk en wat mooie uitkijkjes op de haven beneden. Een net iets minder smal straatje leidt naar de haven, waar ’t een en al bedrijvigheid is: pandjes worden leeggebroken, gestript en weer klaar gemaakt voor de zomer. Nu is ’t een zootje. De haven ligt tjokvol bootjes. Er is letterlijk maar een restaurant hier open. Ook in het haventje waait het enorm. Je zult elke dag die gierende wind maar rond je huis hebben! En continu een monotoon fluiten, om gek van te worden.
Van een afstandje zie je al die gestripte pandjes niet en ziet het er idyllisch uit. Ik blijf foto’s schieten, van de mooie zee die onstuimig op de rotsen slaat en een regen van zeewater over mijn hoofd doet spatten, van het haventje dat er in het zonlicht vrolijk uit ziet. Ik breng er meer tijd door dan eigenlijk gerechtvaardigd is, maar who cares? Het is hier pittoresk mooi en ik heb alle tijd… sloom doen dus!
Uiteindelijk klim ik weer een andere trap op naar ’t viaduct en een groot monument dat uitkijkt op zee. Meeuwen vechten met elkaar en glijden door de luchtstromen in onlogische patronen rond. Langzaam wandel ik langs de kust, diverse strandjes en inhammen tegenkomend. Bij Castalan pak ik uiteindelijk de bus omdat er niet een eettentje open is in deze tijd van het jaar. Bij Le Pharo stap ik uit en eet een snelle hap van vis met rare bruine friet. Niet echt een succes maar voldoende om de rest van de middag op te teren en vanavond met een snack toe te kunnen.
De punt van de landtong waarop Le Pharo ligt is strak onderhouden. De tuin ligt vol met enorme sculpturen van Marc Venet, indrukwekkend! De uitzichten vanaf hier zijn supermooi! Je kijkt uit op de zee, de haven en daar tussenin het MuCEM, Fort St Jean en de honderden bootjes in de haven. Achter een haag staat een cirkel van bankjes. Op eentje ervan plof ik neer om even lekker in ’t zonnetje te relaxen. Boek erbij. Zalig!
Omdat ik alles wat ik wilde zien en doen al gedaan heb, kan ik nu volop genieten van niksdoen en zon absorberen.
Terug richting hotel stap ik uit bij Noailles om nog even een stukje chocola en wat flesjes water in te slaan. Rond Noailles is de Noord-Afrikaans georiënteerde markt nu in volle gang. Volop barretjes en cafeetjes waar oudere mannen een muntthee drinken, langs het pleintje en in de straten er omheen. Op de markt zelf is ’t beredruk en lawaaiïg. Ik kan het dus niet laten er weer even overheen te lopen. Stiekem blijven dit soort chaotische, beetje rommelige marktjes toch wel favoriet!
En met een laatste mooie indruk is ’t tijd om de koffer op te halen en de shuttle bus richting luchthaven te nemen. Dat gaat natuurlijk weer supersnel allemaal. De bus rijdt elke 15 minuten en dus zit ik met mijn goeie gedrag weer ruim op tijd op de luchthaven. Wow, wat een fantastisch weekend heb ik hier in Marseille gehad!!!