Ik schrok een beetje van het hartige ontbijt vanochtend: een enorm stuk gegrilde zalm, een schijf aardappelpuree, een salade, rijst… Voor ons een warme maaltijd. Maar het was enorm lekker! Om 07.30 worden de gasten verwacht, dus na een snelle douche in de gemeenschappelijke wasruimte en een beetje aanrommelen in mijn kamer ging ik om klokslag 9 uur op pad voor de hike naar Tsumago, een onderdeel van de eeuwenoude Nakasendo-trail.
Het eerste stuk is meteen ook het steilst maar dat er maximaal 500 vlakke meters in het 8 km lange traject zitten, dat wordt er niet bij verteld. De trip biedt schitterende uitzichten over de bergen, die een half uur geleden uit het raam nog volledig zichtbaar waren maar nu half in wolken verstopt zitten. Je loopt langs moestuintjes en wilde stukken woud. Bomen en bamboe staan door elkaar heen en bij het eerste bordje bij een bel voelt het nog wat lacherig, maar er volgen veel meer waarschuwingsborden en langs een groot deel van het traject staan bellen om de BEREN, als ze tevoorschijn komen, af te schrikken. Het voelt meer als de bel om de beer te vertellen: hier komt een makkelijk hapje toerist want IK heb geen flauw idee wat ik moet doen. Gelukkig blijven ze allemaal in het bos, misschien wel vanwege de Japanner voor me, die overal braaf aan de bel trekt.
Berg op,berg af gaat het maar door. Een goeie cardio-workout. Niet helemaal welkom want sinds gistermiddag rochelen mijn longen en ben ik koortsig. Maar goed, zwaar werd het toch al.
De natuur is geweldig, omdat het hier kouder is zijn de bloesems of nog niet open of nog maar net. De bamboe en bomen zijn enorm en overal stroomt water, zijn tonnen en vijvertjes gemaakt, vind je in het bos beelden en stenen altaartjes of tempeltjes. Er is zelfs een flinke waterval om even een uitstapje naar te maken. Zo in mijn eentje in die rust is zalig na alle hektiek van de afgelopen twee weken. Iemand in mijn Japanse les zei dat het hier toeristsch zou zijn, het is het tegenovergestelde! In het dorpje, dat erg mooi en oud is en dankzij het voetgangersgebied ook authentiek lijkt ( gloednieuwe Subaru’s doen daar toch aan af) is de moeite waard. De bus gaat maar een keer per 1,5 uur dus ik heb dankzij het toch nog best hoge tempo bijna anderhalf uur om rond te kijken en een tamme kastanje-ijsje te eten. Yum!
De bus brengt je voor 5 euro terug naar Magome, waar ik me bovenaan het dorp laat droppen na de hels steile klim omhoog gisteren naar het hotel met mijn koffer. Ik dacht echt dat ik het loodje zou leggen!
Na een uur of 3 ‘ s middags houdt het hier wel op, gaat alles dicht behalve het mini-supermarktje. Vandaag trakteer ik mezelf op de duurste maaltijd in het dorp: 16 euro voor een goddelijk lekkere forel, een tamme kastanje- kleefrijst, diverse ingelegde wilde berggroenten, een heldere dashisoep met een paar blaadjes en een soort bloem en een noedelsoep met grote paddestoelen. En als dessert een soort stoofpeertje, maar dan van een klein appeltje.
Voor vanavond koop ik nog een soort rijstkoek en wat snackdingetjes van de buurvrouw en dan duik ik mijn kamer in voor een middagdutje. Da’s het relaxte van dit dorp: je kunt er gewoon niets zinvols doen. Lekker een middagje niksen dus!